Smakelijk

In de gangkast hangen de stevige, plastic tassen. Ze wachten op de grote boodschappen, verzamelen hun krachten aan een haakje voor wanneer ik ze van stal haal. Zo eenmaal per week mogen ze eruit, hangen ze aan een ander haakje; voorop de winkelwagen in de supermarkt. Achter hen liggen mijn maaltijd-opties. Wanneer ik de gangpaden doorkruis orden ik de ingrediënten voor elk gerecht op stapeltjes, zodat ik niets vergeet.

"Wat eten we vanavond?", vraagt mijn middelste dochter bij thuiskomst. Ik kijk naar het palet van mogelijkheden in de koelkast, naar de vragende ogen naast me en peil ondertussen mijn energieniveau. Ben ik klaar voor vier pannen op het vuur of wordt het in één schaal de oven in, maar wel met langere bereidingsduur? Ze wacht op antwoord en polst dan: "Ben je moe, mam?" Ik ben blijkbaar zo open als de koelkast.

Ik weet het nog goed hoor, vroeger vroeg ik het ook elke dag. Altijd stil hopend op een lievelingsmaal, al moet gezegd dat het mijne vooral met de feestdagen werd geserveerd. Om twijfelachtige redenen was ik verzot op zo'n rond bladerdeegkuipje met daarin ragout uit blik. Mensch, je kreeg me niet culinair enthousiaster. Naast de kinderhand bleek ook de kindermaag snel gevuld, één zo'n goddelijk, krakend hoopje en ik had genoeg.

Mijn middelste eet ook niet al teveel, of het moet macaroni met blokjes ham en gesmolten kaas zijn. Wie dit gerecht ooit bedacht heeft was vast een kindervriend, want ook bij mij thuis vond de combinatie vroeger gretig aftrek. Wij aten trouwens wel meer simpele, doch bijzondere samenvoegingen; bruine bonen met stroop en tosti's met kaas en banaan.

Bij mijn oudste dochter hoef ik met die smaken overigens niet aan te komen, zij wordt het allergelukkigst van de aardappel in elke soort en op iedere bereidingswijze. "Wat eten we? Ik hoop dat het iets met aardappels is." Krieltjes, blokjes, gratin, gestampt, gekookt, gebakken, gekruid en gefrituurd. Ja, vroeger at ze zelfs de koude restjes uit de pan en noemde dit – zo tegen bedtijd aan – 'aardappel picknicken'.

Vroeger dacht ik zelf overigens dat het heerlijk zou zijn elke dag te mogen beslissen wat er op tafel zou komen te staan, maar nu zou ik soms willen dat een ander het bedenkt. Verlang ik terug naar 'wat eten we vanavond' en dat ik dan - ondanks dat het geen ragout is – niet zelf kiezen hoef.

Tot voor kort antwoordden mijn oudste meisjes overigens iets te vaak op die dagelijkse vraag met een teleurstellend "aaah..". Tegenwoordig weten ze dat ze het alleen mogen vragen als ze daarna op zijn minst neutraal reageren. Met mijn neus in de koelkast gniffel ik gedempt wanneer ze dapper "oké" uitpersen nadat ik 'groentetaart' gezegd heb. En uit piëteit kan het dan maar zo voorkomen dat ik dan alsnog de zak met krieltjes pak (en lekker opbak). Smakelijk.