Lieke Pastoor toont de satelliet en de microprocessor. Foto: Maarten Buser
Lieke Pastoor toont de satelliet en de microprocessor. Foto: Maarten Buser Foto:

Scholieren bouwen satelliet

Op 23 april horen de leerlingen of ze Nederland mogen vertegen- woordigen bij de internationale CanSat-wedstrijd

REGIO - Een team van zes Rietveld Lyceum-scholieren bouwde zelf een satelliet. Daarmee haalden ze de nationale top 10. Afgelopen week werd de 'Doetinchemse' satelliet succesvol met een raket gelanceerd. Op 23 april horen de leerlingen of ze Nederland mogen vertegenwoordigen bij de internationale CanSat-wedstrijd, die opgezet is door de NASA.

Maarten Buser

De wedstrijd dankt zijn naam aan de eis dat de satelliet zo groot moet zijn als een blikje ('can'). Die van de scholieren bestaat uit een hardroze, 3D-geprinte buitenkant – "dan is-ie makkelijk terug te vinden" – en een microprocessor met sensoren. Elk deelnemend team krijgt een hoofdopdracht mee: de CanSat moet de luchttemperatuur en luchtdruk meten en doorgeven aan een ontvanger. Vervolgens zijn de teams vrij om secundaire doelen te kiezen. Teamlid Lieke Pastoor: "Wij kozen voor de functie om broeikassen te meten, en GPS. Dat laatste maakte het bij de lancering heel makkelijk om de satelliet terug te vinden." Luuk Berenschot: "Veel mensen denken dat alle satellieten in de ruimte zweven, maar er zijn er ook veel die gelanceerd worden, bewust die ruimte niet bereiken, en vervolgens weer op aarde terugkomen. Daarom heeft die van ons een parachute."

Cruciaal voor het slagen is goed teamwork. De Doetinchemse scholieren hebben elk hun eigen sterke punten en nuttige vaardigheden. De een weet de wiskundige en natuurkundige berekeningen uit te voeren die nodig zijn om de satelliet een goede landing te geven, de ander kan de chips programmeren. De leerlingen benadrukken dat ze af en toe hun docenten soms om advies vroegen, maar dat die hen niets voorkauwden. Zelf testten de scholieren bijvoorbeeld hoe groot de parachute bij de satelliet moest worden om het gewicht te dragen en een zachte landing te garanderen.

Afgelopen week werd de satelliet succesvol met een raket gelanceerd

Er werd met goedkope materialen gewerkt, maar, zo zegt Thomas Pierik trots: "Er waren teams met heel professioneel ogende apparatuur, maar onze CanSat had een veel groter bereik – 1,3 kilometer is niet niets." Ook bedachten ze dat alle onderdelen van de apparatuur in en uit elkaar geklikt moest kunnen worden. Mocht er onverhoopt een onderdeel kapotgaan tijdens de landing, dan kan dat makkelijk vervangen worden. Berenschot: "Mede daardoor waren we heel relaxed. Andere teams moesten vóór de lancering nog solderen of onderdelen vervangen, wij niet."

Hoewel de lancering goed verliep en de satelliet knap in elkaar steekt, is het niet erg als het tijdens de wedstrijd niet goed loopt. Pastoor: "De teams worden op verschillende punten beoordeeld. Het technische ontwerp is daar een van, maar je moet ook een verslag indienen. Mocht je satelliet niet aan de primaire en secundaire doelen voldaan hebben, dan moet je uitleggen hoe je het apparaat voor de volgende keer wil verbeteren. Als je dat goed doet, krijg je ook punten." Na de succesvolle landing gaat het team nu verder met het verslag, en hopen ze midden april te horen of ze naar de Europese finale in Portugal mogen.

Team CanSat Flyhigh bestaat uit: Luuk Berenschot, 16 jaar uit Zelhem; Jels van Arragon, 16 jaar uit Doetinchem; Thomas Pierik, 18 jaar uit Gaanderen; Sead Kaltak, 16 jaar uit Doetinchem; Kirsten Hermans, 17 jaar uit Wehl; Jacqueline Bouwman, begeleider uit Wehl en Lieke Pastoor, 16 jaar uit Drempt.