Meneer pastoor uit de elfde eeuw leert zijn zoontje lezen en schrijven tijdens de Gelderse Landdag. Foto: Martijn Siemes
Meneer pastoor uit de elfde eeuw leert zijn zoontje lezen en schrijven tijdens de Gelderse Landdag. Foto: Martijn Siemes Foto:

"Geschiedenis is ons kapitaal"

Zutphen - Afgelopen zaterdag 29 oktober vond voor het eerst in meer dan 200 jaar een Gelderse Landdag plaats. Voor een gezelschap van bijna 300 geschiedenisliefhebbers uit binnen- en buitenland presenteerden Erfgoed Gelderland en hoogleraar Gelderse Geschiedenis Dolly Verhoeven van de Radboud Universiteit een divers programma rondom het thema 'Het Gelderse Gevoel'. Met een klein college over de geschiedenis van Gelre, gevolgd door de meest uiteenlopende workshops en activiteiten, kon geschiedenisminnend Gelderland haar hart ophalen.

Door Martijn Siemes

Volgens Marlies Claassen, de gastvrouw van het symposium, was dit de eerste Gelderse Landdag sinds 1798. Was een Landdag destijds bedoeld om notabelen uit alle gewesten van Gelre bij elkaar te brengen om te praten over recht, politiek en handel, op deze middag bestond het publiek voornamelijk uit geschiedenisliefhebbers, mensen die dieper willen graven in de historie van hun dorp, stad of provincie. Notabelen waren er nu echter ook. Commissaris van de Koning, Clemens Cornielje mocht het eerste exemplaar van de geschiedenisbundel 'Gelderland Grensland' in ontvangst nemen.

Terwijl op de binnenplaats van het oude stadhuis verschillende oudheidkundige gezelschappen zich bezighielden met kaligrafie, leer bewerken en ijzer smeden, merkte Dolly Verhoeven in haar college over het ontstaan van het 'Gelderse gevoel' op dat de aandacht voor de geschiedenis van de provincie opvallend sterk is gegroeid. Dat zien we terug in het aantal erfgoedfestivals en bijvoorbeeld televisieprogramma's zoals de Ridders van Gelre van Omroep Gelderland. Er verschijnen steeds meer boeken en er wordt – ook in Zutphen - veel historisch onderzoek gedaan.

Eerste Gelderse Landdag sinds 1798

Volgens Verhoeven is die aandacht terecht en moet de provincie wel een belangrijke stap zetten: "Het onderzoek wat nu wordt gedaan vindt vaak plaats op lokaal of regionaal niveau, dat moet breder. We moeten laten zien wat Gelderland heeft betekent op nationaal en internationaal niveau. Wie alleen kijkt vanuit het lokale perspectief, raakt bijziend. Terwijl we dus die belangrijke relatie hebben met Duitsland en zoveel gezamenlijke verhalen. Zo heeft Gelderland bijvoorbeeld nog geen provinciaal museum. Hiermee lopen wij achter op andere provincies." 's Middags waren er workshops waar oudheidskundige verenigingen, historici en beleid- en cultuurambtenaren zich vervolgens konden laten bijspijkeren over het financieren van culturele activiteiten, jongeren betrekken bij de geschiedenis en lobbyen voor cultuur bij de gemeente. Wie avontuurlijker ingesteld was, kon ballades schrijven of historisch dansen in de commissiekamer. Op de binnenplaats van het oude stadhuis was een kleine middeleeuwse markt opgesteld en er waren diverse excursies door de stad en de Walburgkerk.

"Geschiedenis is ons kapitaal", zei wethouder René Sueters dan ook terecht over zijn stad. Als loco-burgemeester en als portefeuillehouder kunst, cultuur en monumenten was hij erg blij met de keuze voor Zutphen om de eerste Gelderse Landdag 'nieuwe stijl' te organiseren: "Dit past bij Zutphen en dit hoort bij Zutphen. Ik hoop zeker dat er een vervolg komt."