Afbeelding

Relschoppers

Algemeen

Hoofdschuddend zit ik op de fiets, deze zondagmiddag. Ik fiets ergens op een dijk tussen twee Liemerse dorpjes, van die dorpjes die door de ene Katholieke kerk die er staat al van verre te zien zijn. Op mijn oortjes klinkt Langs de Lijn op Radio 1. Veel voetbal, schaatsen, shorttrack, veldrijden. Ook veel nieuws. Dat nieuws is elk half uur hetzelfde: relschoppers, relschoppers en relschoppers.

Waterkanonnen in Amsterdam. Stenen en brandende auto’s in Eindhoven. De naweeën van een onrustige nacht op Urk, waar een GGD-post in brand is gestoken. Ik schud nog eens mijn hoofd. Is dit hetzelfde land als dat waar ik nu in fiets? Waar de januarizon over het water van de rivier schijnt? Waar de uiterwaarden zich zo ver uitstrekken dat een schilder er zeker twee doeken voor nodig zou hebben?

Hier op deze dijk is niks te klagen. Om mij heen zie ik alleen maar mensen die van het leven genieten. Andere fietsers. Wielrenners, maar ook veel echtparen. Het gros beweegt zich voort op een elektrische fiets, een enkeling geheel op eigen kracht. Een meisje op skeelers rolt door het landschap naast een hardlopende vrouw, hoogstwaarschijnlijk haar moeder. En er zijn wandelaars. Heel veel wandelaars.

Complete gezinnen ook. Een jongen heeft een bal bij zich. Die schopt hij ver weg het weiland in. Vervolgens rent hij erachteraan, zo hard als hij kan. Daarna rent hij weer naar zijn ouders en zijn zusje op de dijk. Hij vertelt hen met trots over hoe hoog hij de bal schoot. Ze steken een duim naar hem op. Maar nu oppassen, lijken ze hem te zeggen. Ik laat mijn bel rinkelen. Er komt een fietser aan. Een best snelle.

Ik zie passanten een praatje maken, elkaar groeten. Bij elke kilometer die ik wegtrap, passeer ik stukjes levensgeluk. Lachende mensen, die hun zondag vieren. Ze omarmen de vrijheid die de natuur te bieden heeft. Vaak met een trouwe viervoeter aan hun zijde. Eén ervan wil achter mij aan rennen, maar zijn baasje roept hem terug. Gelukkig maar.

Bijna thuis steek ik aan bij één van de helaas gesloten horecazaken in de buurt. In de Wittebrink is een To Go geïnstalleerd, met dit weekend een uitbreiding in het assortiment: de gehaktbal. Moet ik proeven. Smaakt geweldig. Smaakt naar de Achterhoek: ambachtelijk, krachtig, degelijk, sterk. Om mij heen weer die lachende gezichten, dagjesmensen, wandelaars. Vol energie fiets ik het laatste stuk naar huis.

Daar zet ik mijn teller stil na een zondag die ik met liefde in zou lijsten. Mijn eigen zondag dan. Niet die van geweld en gesneuvelde winkelruiten, want daar begrijp ik helemaal niets van. Natuurlijk zitten we in een situatie die niemand leuk vindt, waar niemand om gevraagd heeft. En natuurlijk is discussie prima, maar alsjeblieft: doe normaal. Ga leven. Er is alle ruimte voor. Als je het wil zien, tenminste.

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant