Een smid aan het werk. Foto: Liesbeth Spaansen

Een smid aan het werk. Foto: Liesbeth Spaansen

‘Wij doen puur handwerk’

Algemeen

VORDEN - In de spreekkamer bovenin het hoge pand van smederij Oldenhave in Vorden ontmoet ik smid Willem Oldenhave. Hij vertelt graag over het bedrijf, wat nu door zijn zoon wordt gerund. Hij laat mappen vol met krantenknipsels zien van alle hekken, standbeelden, kroonluchters en metalen versierselen die in de werkplaats van Smederij Oldenhave gerestaureerd of nieuw gemaakt zijn. Het is overstelpend divers en veel.

Door Margreet Gründemann

“Het bedrijf bestaat officieel sinds 1854. Toen is het geregistreerd. Er zijn nog ouwe kasboeken uit 1825. De smid was toen Notten. Mijn vader heeft het rond 1950 overgenomen in Delden. Wij zitten hier in Vorden vanaf 2005.

Wat smeden vroeger deden was paarden beslaan en landbouwwerktuigen onderhouden. Ze onderhielden ook de onderdelen van de combine en pers van de buurtvereniging. Ploegscharen werden ook door smeden gemaakt. Dat doen we af en toe nog wel eens, bijvoorbeeld voor van die ploegwedstrijden. Vroeger maakten smeden ook veel sluitingen en draaimechanismes voor de koeien- en varkensstallen. Die werden slecht behandeld dus dat verroestte en moest geregeld opnieuw gemaakt worden.

Vroeger hadden ze sierhekken. Wij doen nou de restauratie. Moet je nou eens kijken wat hier van het Medler staat. Dat is gewoon een sierhek. Vroeger werd er meer geld uitgegeven voor krullen én eigengemaakte krullen. Tegenwoordig heb je al die massahekjes. Allemaal dezelfde krullen. Allemaal dezelfde puntjes. Het is allemaal rommel.”

De kroonluchter boven de koning
“Wij hebben onder andere de kroonluchter gemaakt die in Den Haag boven de koning hangt. In het verleden hadden ze er acht kroonluchters hangen, maar één was er weg. Men weet ook niet waar die gebleven is. Die moest dus nieuw gemaakt worden. Toen hebben we die andere er ook allemaal afgehaald. Daar hebben we allemaal nieuwe bevestigingen aangemaakt. We hebben ze met zandzakjes getest op eventueel vallen en zo.

Van tevoren moest er een prijsopgave worden gemaakt voor Den Haag. Mijn zoon en ik gingen er naar toe. Daar liepen ook een paar Haagse smeden en die zeiden: ‘Oh joh, dat doe je zó en dan maken we het zó, oh voor mekaar!’ Ik zei tegen mijn zoon: ‘Dat kan voor ons niet wat worden, want die jongens hebben alles al voor mekaar en wij moeten alles met de hand doen.’ Maar toch kregen wij de opdracht. Toen vroeg ik vroeg waarom zeiden ze dat de Hagenezen het niet konden maken, omdat er spullen bij zaten die met de hand getikt moesten worden. En dat konden ze niet. Ja, wij doen puur handwerk.

Wij hebben laatst ook voor de stoomtrein Hoorn-Medemblik weer een opdracht gekregen. Toen die man hier kwam, kreeg ‘ie tranen in de ogen. Hij zei: ‘Jullie zijn de enige smederij in Nederland die dit kan. We kennen nog wel iemand die het ook kan, die zit in Engeland. Maar die is heel arrogant.’

Vroeger werkten er hooguit twee of drie man in die kleine bedrijven. Er was ook niet meer werk. Toen was de concurrentie anders. Nou zijn al die smeden overleden. Die mensen kwamen met vijftien, zestien jaar in het bedrijf en ze leerden het vak al doende. Dat moet weer gebeuren. Daar is in Nederland een tekort aan. Ik vind dat de ambachtsschool terug moet komen.

Degenen die eigenlijk naar de ambachtsschool zouden moeten, gaan nu naar de MAVO. Die jongens gaan leren en draaien dan zo’n beetje onderin mee. Ze komen nooit aan een baan, kunnen niet terugvallen op een vak.

Dat is een verdrietige zaak. Het ligt aan de moeders. De moeders willen liever niet dat hun kind zwart wordt. Alle mensen die hier komen kijken vinden het fantastisch. Maar zo gauw als ze horen dat ze zwart worden dan kómen ze niet eens meer.

Nou heeft mijn zoon Erik het overgenomen. Hij heeft het vak hier geleerd. Wat zijn oog ziet, maakt zijn hand. Tegenwoordig moet je weten van allerlei wetgeving en zo. Dat doet mijn vrouw en zijn vrouw. Het is echt een familiebedrijf. Wij hebben Erik nooit gepusht. Wij hebben hem helemaal vrij gelaten. Hij heeft nog voor de Graafschap gevoetbald maar hij is daarmee opgehouden, omdat-ie smid wou worden. Hij is een super-smid”.

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant