Afbeelding
Foto: Nick Oostendorp

Zwaleman | KemperHoen

Algemeen

KemperHoen

Herman Kemper uit IJzevoorde heeft van de gemeente Doetinchem groen licht gekregen voor de bouw van een kippenbedrijf aan de Broekhuizerstraat, tussen Doetinchem en Wehl. Goed nieuws, zou je zeggen. Zowel voor de kippenboer zelf als voor de voorvechters van 'eerlijk' biologisch vlees en van dierenwelzijn. Of althans een zo groot mogelijke mate van welzijn, want uiteindelijk belandt ook een drie sterren-kip in de slachterij. Vegetariërs zullen dan ook niet zo snel van goed nieuws spreken. Maar persoonlijk vind ik het nogal een verschil hoe, en vooral ook hoe lang een kip mag opgroeien voordat ie richting slachterij gaat. Als ik voor mijn avondmaal vlees kies (en dat is al lang niet meer elke dag) let ik juist op het aspect van dierenwelzijn.

Herman Kemper was ooit een ware pionier op het gebied van eerlijk kippenvlees. Ik weet nog dat ik ergens in de jaren negentig op een proeverij (ver buiten de Achterhoek trouwens) kennis mocht maken met het KemperHoen. Een openbaring was dat. Oh, wat een lekker stukje vlees! "Lang niet zo geproefd", zei een al wat oudere mede-proever. "Nog nooit zo geproefd", was mijn commentaar.

Niet zo vreemd, dat enthousiasme. In die jaren verkocht de supermarkt alleen maar plofkippen. Dat woord werd weliswaar pas later door LekkerDier bedacht, maar u weet wel wat ik bedoel: vleeskuikens die met vele duizenden tegelijk op een kale stalvloer werden gehouden en maar één opdracht in hun korte leventje hadden: eten en aankomen. Zo snel mogelijk! In het koelschap had je verder alleen nog filetjes uit Thailand, die diepgevroren naar Nederland waren verscheept, hier ontdooid en met water geïnjecteerd om ze weer op gewicht te brengen. Eet smakelijk!

Jammer genoeg kon je het KemperHoen destijds bijna nergens kopen. Zeker al niet in Salland, waar ik toen woonde. En nog steeds zie ik de kippetjes van Herman in geen van de supermarkten waar ik mijn boodschappen wel eens doe. Wel is inmiddels het aantal verkooppunten sterk gegroeid (zie kemperkip.com/verkooppunten). En dat aantal zal straks als de nieuwe boerderij eenmaal draait, alleen nog maar toenemen. Ook dat noem ik dus weer goed nieuws.

Ja, ik realiseer me terdege, dat niet iedereen zo enthousiast is als ik. In De Gelderlander las ik dat mensen uit de Doetinchemse wijk De Huet juist helemaal niet blij zijn met de komst van de kippenboer. Hoe milieu- en diervriendelijk die ook moge zijn. Zij vrezen ernstig overlast en zelfs gezondheidsproblemen. Zeker geldt dat voor een van de mensen die in de krant aan het woord komen: Janny Rensink, die al twintig jaar de longziekte COPD heeft. Zij hoeft maar langs een kippenboerderij te lopen, of ze krijgt een hoestbui, vertelt ze.

Nou, dat herken ik. Ik heb zelf namelijk ook COPD, al tien jaar langer zelfs dan Janny. En ik herinner me nog heel goed die ene fietsvakantie in Noord-Brabant, toen we de ene na de andere kippenboerderij passeerden. Niet alleen kreeg ik iedere keer een hoestbui, ik raakte soms zo stikbenauwd dat doortrappen haast niet lukte. Terwijl ik er juist zo snel mogelijk vandaan wilde.

Maar…. Die ervaring dateert van een jaar of tien geleden. En het waren daar echte megastallen. Waarbij vergeleken die van Kemper ('slechts' 50.000 kippen) een kleintje is. Ook de milieu-eisen die aan zo'n stal werden gesteld waren lang niet zo streng als tegenwoordig. Maar het allerbelangrijkste: ik heb inmiddels mijn eigen leefwijze drastisch veranderd. Ik rook niet meer en ik ga twee keer per week naar de sportschool. En dat maakt een wereld van verschil. Dat beetje stank van een kippenhok, ach daar lach ik tegenwoordig om!

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant